Onlangs werd ik geïnterviewd door een 18-jarige scholiere in het kader van haar profielwerkstuk. Het onderwerp van gesprek was gedragsverandering op het gebied van leefstijl.
Ze had het interview goed voorbereid en na wat toelichting op wat ik nou precies doe, ging het gesprek over alles wat invloed heeft op leefstijl en op de keuzes die iemand maakt.
Zij en haar klasgenoot, met wie ze dit werkstuk schreef, hadden de problematiek rondom het stoppen met roken onderzocht bij hun klasgenoten.
Ze had zich goed ingelezen in de indrukwekkende gevolgen van jarenlang roken voor de gezondheid en, als niet-roker, verbaasde ze zich erover dat mensen überhaupt nog een sigaret aanraken. Tegelijkertijd was ze zich er ook wel van bewust dat er veel meer factoren een rol spelen bij het in stand houden van dat ongezonde gedrag. De sociale omgeving, de eigen overtuigingen ten aanzien van mogelijke schadelijke gevolgen en de winst van het stoppen met roken, en, in haar onderzoeksgroep, de leeftijd van de deelnemers aan het experiment. Vooral de invloed van de omgeving, vrienden, maar ook ouders en leraren, kan op die leeftijd groot zijn. In positieve en in negatieve zin. Keuzes, die aangeboden sigaret aannemen, wel of niet meedoen met de rest, zijn lang niet altijd bewust of weloverwogen.
Hormonen en het brein
En terwijl we nog aan het praten waren over een nog niet volgroeid brein, over de invloed van gierende hormonen op dat brein en hoe dat weloverwogen keuzes in de weg zit, kwamen we onbedoeld toch weer terug bij mijn cliënten.
Die vrouwen in de overgang, waarbij de hormonen weliswaar niet meer door het lijf gieren, maar waarbij de veranderingen in hormoonspiegels wel degelijk tot onverwacht gedrag kunnen leiden.
Huilbuien, een kort lontje, overbezorgdheid.
Bij hen kan, net als bij pubers, een gebrek aan sturing (remming of juist activatie) ontstaan, omdat bepaalde hersengebieden overbelast raken.
Het zijn niet altijd de hormonen die daar ‘schuld’ aan zijn, maar eerder een gebrek aan vermogen van de verschillende mechanismen die ons lichaam normaal gesproken in balans houden.
Overbelasting door fysieke stress, maar ook door schulden, relatiestress, lastige pubers in huis of een eigenschap als perfectionisme.
Het begin van de overgang is dan vaak het laatste zetje, waardoor al die mechanismen van slag raken en de boel ontregelt.
Herstel van de regelmechanismen
Dat is ook de reden dat we in de coaching alle aspecten van leefstijl meenemen. Dat geeft ons niet alleen meer handvatten om weer tot een gezonde balans te komen, vaak moet er ook echt aan meerdere knoppen gedraaid worden om alle regelsystemen in het lichaam weer goed te laten samenwerken. De omgeving, eigen overtuigingen, de eigen kracht om te veranderen, belemmeringen, mogelijke hulpbronnen, al die factoren die een rol spelen bij het maken van keuzes en veranderen van gedrag, worden daarin meegenomen.
We eindigden het interview met een persoonlijke noot. “Waarom leer ik dit (over de overgang) niet op school?” Wij waren het er wel over eens: wat meer aandacht voor de veranderingen in gedrag, omdat je hormonen overhoop liggen, zou zomaar voor wat meer begrip tussen moeders en hun pubers kunnen zorgen.